job én de liefde voor de medemens staan centraal bij ieder van ons. Als één van die dingen wegvalt, of er van in het begin al niet is, dan haal je het niet. Waar dat vandaan komt weet ik niet. Eén of ander gen met een helmpje op denk ik dan. Af en toe komt dat ook tot uiting. Goede doelen zijn nooit veraf in ons wereldje. Zo hadden we vroeger ons motortreffen waarvan we steevast een bedrag konden schenken aan een goed doel, zoals de vzw Brandwondenkids, of ik meen mij een aantal acties voor de Cliniclowns te herinneren van de collega's van Kontich. Post Wommelgem verkoopt nog steeds ontbijtmanden voor het goede doel. Afgelopen week was er de vijfde editie van Fire For Life. Een organisatie in het kader van de "Warmste Week" van Studio Brussel. Een groot verschil met andere goede doelen is dat men hier zelf een goed doel mag kiezen, ipv dat een monsterbedrag naar één specifiek doel gaat. Dit jaar koos de F4L-organisatie voor de VZW Pinocchio, die zich inzet voor kinderen met brandwonden. Een onderwerp dat ons nauw aan het hart ligt natuurlijk. Hoewel ik mezelf regelmatig in de schijnwerpers pleeg te zetten met mijn grote mond en VVB-activiteiten, schrik ik er toch regelmatig van hoeveel mensen ik ondertussen heb leren kennen in het wereldje. Dat is die bewuste dag en avond, gepaard met een paar explosies van emoties nog maar eens gebleken... Hieronder het relaas van een dag zonder gelijke. Vertrek in Kontich, feestje #1 : WesterloAfspraak was op zaterdag 23 december om 07u10 in de post Kontich. Daar verzamelde onze Cluster Zuid van Brandweer Zone Rand om van daaruit met de bus de rest van de deelnemers uit de zone op te pikken. De sfeer zat er van in het begin goed in. Post Kontich naar goede gewoonte met de meeste feestneuzen, Edegem, Lint, Borsbeek en Wommelgem in hun zog. Ikzelf had het aangename gezelschap van mijn vrouw, voor de gelegenheid in zo'n sexy brandweerpak gestoken... Als dispatcher draag je dat normaal niet, en nee, ook niet om te experimenteren als je zoals wij aan de bron zit... :-) (noot: Mijn vrouw en ik wonen nu 10 jaar in de brandweerkazerne, en staan in voor de noodoproepen en de dispatching. In dat opzicht is zij reeds een decennium essentieel onderdeel van onze brandweerorganisatie. Er zijn blijkbaar klachten dat zij is meegegaan terwijl er anderen moesten thuisblijven. Bij ons waren er op het laatste nippertje twee afzeggingen, waarvan we één plek zo invulling hebben gegeven, de andere bleef leeg. Zonde van de commotie, maar haar plek was niet minder terecht dan de mijne.) Het lijkt een ongeschreven wet, maar het blijkt alweer dat je steeds dezelfde gezichten ziet op zulke bijeenkomsten. Ook toen we stopten in Malle en later halt hielden in Zandhoven weer over het algemeen bekende gezichten. Al heeft de zonewerking daar een grote hand in uiteraard. Niet alleen op interventies, maar ook (en vooral) tijdens oefeningen, cursussen, vergaderingen en zonale evenementen leer je elkaar beter en beter kennen. Dat je elkaar kent helpt natuurlijk de sfeer direct op een aanvaardbaar niveau te krijgen... Eens de laatste stop gepasseerd trokken we naar de post Westerlo voor een ontbijt met optreden. Verschillende posten van de streek waren daar al verzameld. Wat meteen opviel bij aankomst waren de brandweerwagens getooid met kerstversiering... Van lampjes en slingers, tot zelfs kerstbomen! Daar een eerste keer kunnen keuvelen met collega's die al van wat verder komen, uit de zones Kempen en Taxandria. Het eerste onverwachte bekende brandweergezicht dat ik tegenkwam was dat van Marnick van post Aarschot. Marnick is een "Brother in Arms" van VVB, onze penningmeester momenteel. Natuurlijk zijn we op dat moment nog bloednuchter (de meesten toch...), en beperkt dat contact zich tot een gemoedelijke groet, bij het besef dat ik alert moet zijn: ik ken wel wat volk, maar ik ben "gezegend" met een talent dat ik van mijn moeder heb geërfd, namelijk een kwartier te laat beseffen waarvan ik iemand ken... Vooral als dat mensen zijn die ik niet dagelijks zie val ik dikwijls verschrikkelijk in affronten. Het helpt natuurlijk ook niet als je de gewoonte hebt van alles en iedereen op facebook te aanvaarden, omwille van bijvoorbeeld de gezamenlijke brandweer-achtergrond. Vandaag zal nog een paar keer blijken dat er mensen zijn die gemakkelijker zulke dingen onthouden dan ikzelf... Gelukkig laat mijn verstand mij niet té dikwijls in de steek vandaag. Niet veel later herken ik in een groepje van Hoogstraten brandweervrouw Nicole, aka Nick. Met Nick heb ik de cursus Adjudant gevolgd. Beiden geslaagd, zij heeft intussen de graad ook behaald. Een chique madam met een brandweervlam in het hart om U tegen te zeggen. Zoals alle vrouwen binnen de brandweer trouwens: om het te maken in een toch overwegend mannenwereld, moet je uit speciaal hout gesneden zijn. Een aangenaam weerzien, met weer een collega uit een andere zone. In Westerlo gegeten en genoten van een stevige en goeie coverband (niet gegeten van de coverband nee, doe normaal...), en zelfs een cover van "Zombie" van the Cranberries door een manneke dat volgens mij geen tien jaar was. Eerste kippenvelmomentje van de dag: Dolores O'Riordan was er niets tegen! Nog een groepsfoto, en dan vertrek naar Asse voor het tweede luik van vier. Feestje #2 : PIVO in AsseNegen brandweerwagens en een drietal bussen vertrokken dan richting Asse. Zoals het de brandweerorganisatie betaamt, netjes in colonne vertrokken: eerst de brandweerwagens met de nodige toeters en bellen, daarachter twee (ja Jan van post Wommelgem, twee...) nokvolle bussen. Toen al een indrukwekkend zicht natuurlijk. Onderweg beklaagt collega Jan zich over het feit dat de bussen buiten de colonne vallen: de laatste brandweerwagen rijdt vóór ons. Dat is zonde inderdaad. Het valt mij op dat de achterste twee voertuigen van Vlaams Brabant, Zone Oost komen. Een gokje, maar kennen we daar niemand? Twee minuten en een telefoontje naar Marnick later, vertraagt de achterste wagen en kunnen de twee bussen invoegen: Samen uit, samen thuis! Connecties moet je hebben in't leven. Op de middag komen we aan in Asse. Het Pivo is een van de provinciale brandweerscholen die België rijk is. Daar stonden reeds een handvol brandweerwagens en bussen, en een kleine zee van mensen in brandweeruitrusting én kerstmuts! Bij aankomst stonden een aantal kinderen ons reeds op te wachten met de armen vol kerstmutsen om uit te delen. Het applaus toen zij de bus opkwamen bracht hen niet van hun stuk, ze waren duidelijk al één en ander gewend... Op het plein aan de school stonden een podium en een lange rij kraampjes klaar om de volgende twee uurtjes vol te maken met muziek, eten en drank. Broodjes, lekkere soep, en eindelijk de eerste pint! Tijd voor nog wat bekende gezichten natuurlijk. We staan enkele wagens te bewonderen die getooid zijn met lampjes, kerstbomen en rookmachines, als daar collega Erik opdoemt met de afstandbediening van de rookmachine, en een grijns tot achter zijn oren alsof dat zijn kerstkado voor dit jaar was. Erik is ook een VVB'er van het eerste uur, maar vooral een kartrekker op vlak van activiteiten van de brandweerpost Duffel. Natuurlijk moést hij hier zijn vandaag. Twee van de opvallendste wagens van die dag, van de hand van één van de opvallendste figuren in mijn brandweer-kennissenkring. In goeie zin, Erik. In Asse komt de sfeer goed op gang: de Marie-Louise zet de tendens, waarna de massa niet meer stopt met dansen en springen. Het bier vloeit, en vliegt op gegeven moment. De Marie-Louise zonder storm op zee kan niet, ook bij de brandweer... Tussen dat gewoel verschijnt daar Dimi ten tonele. Ik heb hem ooit eens gecontacteerd om hem te feliciteren met zijn nieuwe functie als ondervoorzitter van BVV. Buiten dat hadden we nog nooit echt gesproken. Het verbaasde mij dan ook een beetje dat hij mij ook direct herkende. Dimi is een self-made man binnen de brandweer. Alleszins, zo zie ik hem toch. Vrijwilliger in Puurs, beroeps eerst in Zone Vlaams Brabant West, en tegenwoordig kapitein in de koekenstad, bij Zone Antwerpen. Héél even vervallen we in werksfeer, het onderwerp van gesprek ging al snel over VVB-BVV, maar gelukkig behielden we beiden onze focus en gingen we snel terug over tot de orde van de dag: feestje en het goede doel! Een aangenaam gesprek met een aangename mens. Iets verder loop ik Véronique tegen het bevallige lijf. Een geweldig sympathieke brandweervrouw van post Rumst. Haar collega Jan van dezelfde post had ik in eerste instantie niet gezien, al is die twee koppen groter... tja. Prioriteiten hé... Sorry Jan :-D Véronique ken ik van de brevetuitreiking op de brandweerschool. Toen ik mijn "Adjudant" behaalde, mocht zij samen met een hele lichting van Lint haar brevet "Brandweerman" (in haar geval -vrouw natuurlijk...) afhalen. Nog zo'n reuze bende, die er spijtig genoeg niet bij kon zijn vandaag. Het pintje nadien was navenant, dat zijn mensen die bijblijven. Jan was een collega op mijn vorig werk. Een andere stiel in een andere afdeling, maar samen bij de vrijwillige bedrijfsbrandweer. Ook dié banden vergaan niet zo blijkt. Na nog een gezellige babbel met enkele collega's uit Brabant en Limburg, zeg ik tegen een een pompier met een cola-bekertje in de hand: "U ga ik volgen makker, gij zijt die nuchtere!" Hij antwoordt droogweg "Dat zou ik precies ni doen, ni alles is wat het lijkt", terwijl hij zijn zakflesje met sterke drank bovenhaalt... Gelukkig BOB'en genoeg over, en wij terug onze bus in om naar Lokeren te vertrekken. Feestje #3 : LokerenEen groot nadeel aan boemelen, is dat wat erin gaat, er gewoonlijk vrij snel ook weer uit wil... Onderweg op de E40 gaat al snel de eerste collega vragen om te stoppen aan een tankstation. Een dame: belangrijk detail, want voor ons zou een boom al goed zijn natuurlijk. Mijn eega blij, want die had ook reeds tranen in de ogen, maar dierf het niet goed gaan vragen. Ik vond het eerst een beetje zonde, want dan is de colonne verbroken natuurlijk. Maar dat was buiten Moeder Natuur gerekend natuurlijk: bijna alle brandweerwagens en bussen van onze oorspronkelijke groep sloegen af. Ik denk dat het restaurant aan dat tankstation op het punt stond te evacueren, bij het zien van al die zwaailichten. Achter ons stopten er ook drie grote wagens van de Federale politie, eveneens met zwaailichten. Ik weet niet of dat voor ons was, maar dat zou wel héél toevallig zijn. Die stonden gewoon netjes met ons aan te schuiven aan de kassa toen we nog wat voorraad insloegen uit de shop. Ik hoop voor hen dat niemand daar een foto van heeft genomen... Zakken vol en blazen leeg, terug de bus op en naar Lokeren! Het traject in Lokeren-city was voorzien van een zwaantje op ieder kruispunt: al aan de afrit stond een agent (of blauw meetbuisje zoals wij wel eens liefkozend plegen te zeggen...) alle verkeer tegen te houden om ons vrije doorgang te geven. Aan het cultureel centrum parkeerden we de bus, en begaven we ons richting een namiddagje pure waanzin... De brandweerlieden van over het hele land (Vlaamse kant toch) bleven maar komen... Het terrein was exclusief voor de brandweer voorbehouden, maar de bonte stoet die gespreid over enkele uren te Lokeren toekwam lokte natuurlijk de nodige kijklustigen. Veel ouders met kinderen kwamen een kijkje nemen en zich vergapen aan de blinkende rode bolides, voor de gelegenheid in een kerstjasje gestoken. Enkele kleintjes compleet met brandweerhelm, hopend op een ritje. Ik heb mij van bij aankomst permanent beziggehouden met op (-niet gespeelde-) verwonderde toon, de korpsen op te noemen die we tegenkwamen. Het is wel een spijtige trend dat op de nieuwe brandweerpakken nog slechts zelden de naam van de post of zone gezet wordt. In een eerdere blog heb ik al eens mijn liefde voor Lokeren bezongen. Ik heb er mijn brandweeropleiding gevolgd, en mijn eerste erfgename woont er nog. Voor mij was het feit dat F4L zich grotendeels hiér zou afspelen een reden te meer om deel te nemen. Ik keek er enorm naar uit om de gastheren, mijn vroegere collega's nog eens terug te zien. De eerste die ik aansprak heb ik vroeger nooit veel mee te maken gehad: Luc was toen officier, en is tegenwoordig postoverste van post Lokeren. Hij moest even zoeken, maar toen ik hem zei dat ik van de lichting van Koert, Frank, Roland, Steven, Mario en Andy kwam rinkelde er wel een belletje. Vooral dat ik "die van over 't water was (ginds zijn wíj dat...). Na een goed half uur ter plaatse was het terug prijs: Koert passeerde de meute, en ik herkende hem direct. Koert is immers een plaatselijke beroemdheid sinds "Helden Van Hier" op tv komt... Naast vrijwilliger in Lokeren is hij immers ook beroeps in Gent. In de dramatische aflevering waar de begrafenis van Frank getoond wordt komt Koert uitgebreid aan het woord. Frank was één van de zeven-plus-één, voor zij die het zich herinneren. Hem zou ik spijtig genoeg niet meer zien. Hij stierf eerder dit jaar aan een slepende ziekte. Dat maakte het weerzien met de collega's voor mij ook wel een pak emotioneler. Drank vergroot de gevoelens, en er is wel een pintje gedronken die dag... Roland was de volgende Lokeraar die ik tegenkwam. Ook één van de 7+1. Altijd een feestvarken geweest, wat het met mij automatisch doet klikken. Ook Andy, waar ik destijds het meeste bijhing, liep ik tegen het lijf. Al was dat wat droger: het is tenslotte al 15 jaar geleden intussen. Andy zit ook in de organisatie van F4L. Uit ervaring kan ik dan ook zeggen dat je zo een evenement héél anders beleeft als organisator dan als deelnemer. Chapeau Andy! De volgende in de rij was Olivier van post Nevele. De mannen van Meetjesland hebben onzekere tijden achter de rug, waardoor dit feestje een eens zo grote ontlading moet geweest zijn. Olivier ken ik van mijn tijd bij Ridderikhoff, een brandwachtenboerderij waar ik zéér fijne herinneringen aan overhou. Ook jij chapeau Olivier! Uiteraard kwam ik ook Geert van post Harelbeke tegen. Geert is de voorzitter van VVB. Ik wil hier absoluut geen politieke statements maken, ik hoop dat dat duidelijk is, maar ik ken via die weg nu éénmaal een pak fijne mensen. Met Geert kon het niet anders dan over "het werk" gaan. Al heeft hij ook altijd oor voor mijn brandweer-, verbouwings- en professionele bezigheden. Nét voor één van mijn persoonlijke hoogtepunten van de dag, namelijk het optreden van Fleddy Melculy, wordt ik aangeklampt door een man die mij (zoals zo dikwijls gebeurd) zeer bekend voorkomt. Ik kan hem alleen niet plaatsen. Ik zeg "help eens?", waarop blijkt dat het om Edward gaat, pompier van post Maldegem, in Meetjesland, Brugge in zone 1, ex-vakbondsafgevaardigde die zeer betrokken was met de hervorming én bezieler van Firefighters for Nepal, een vereniging die de brandweer in Nepal wil ondersteunen. Een écht brandweerbeest dus, en ik heb spijt dat onze ontmoeting zo kortstondig was. Mijn excuses Edward. Volgende keer met een pint en wat meer tijd, beloofd! Intussen begon Fleddy. Zoals gezegd een persoonlijk hoogtepunt als metalfan. Ik had van in het begin zo een beetje het idee dat ik alleen voor het podium zou staan. In Edegem ben ik namelijk de enige die de metal-religie aanhangt... Maar groot was mijn verbazing toen ik de heetste moshpit ooit aanschouwde: een massa voor het podium die van bij de eerste tonen tot de laatste op elkaar inbeukte, geheel volgens de regels der kunst: ééntje neer? Kring errond om te beschermen, en met een paar man rechttrekken en afstoffen, vragen of het gaat, en dan terug erinspringen... Zelfs mijn eigen collega's Bart en Jonas sprongen erin als volleerde "maggots" (voor de kenners...). Eén iemand kreeg zijn telefoon terug van de bassist. Een andere was nog straffer. Dit werd mij verteld door iemand tijdens een plaspauze op weg naar Wachtebeke: Iemand vindt een telefoon in de moshpit. Niet geblokkeerd, dus hij belt naar de eiganaar zijn vrouw. Die geeft de naam van haar man door aan de vinder, die zijn foto opzoekt op Facebook. Met die foto in de hand is hij op zoek gegaan, en heeft hij zo de eigenaar teruggevonden... Ik zou het ook niet geloven als het niet de eigenaar van de telefoon was die het vertelde. Na "T-shirt van Metallica" kwam de metal-versie van de minuut stilte. De zanger wist dat we enkele collega's hebben moeten afgeven afgelopen jaar, en wou daar op zijn manier hulde aan brengen: door met zijn allen een keer zo hard mogelijk te roepen. Wat wel wat tegensloeg was het feit dat Fleddy zo snel van het podium was. Sabrina (mijn echtgenote) wilde immers een handtekening. Ik wist dat ze geen papier bij zich had, en ik weet hoe metallers denken, dus dàt wou ik zien... maar neen dus. Iets later loop ik terug Roland tegen het lijf. Hij neemt me mee naar boven, zeg maar backstage. Na een pintje en een babbel staat daar toch wel Fleddy Melculy niet aan de toog zeker...? Hilariteit toen ik hem een handtekening vroeg "voor mijn vrouw"... Jaja. Maar op het kaartje heeft hij toch maar de volgende gevleugelde woorden neergeschreven: "Dag Sabrina, hier is mijn handtekening, Fleddy Melculy" Maar de brandweer heeft zo zijn tradities. Na het optreden volgde de échte minuut stilte en een pakkende afsluiter. Een emotioneel moment, temeer omdat Lokerens finest (en brandweer Gent trouwens) één van hun heeft afgegeven. Eén van de zeven. Eén van ons. Aan het einde van de minuut riep één van de mannen van Lokeren: "Frank heeft het gehoord!" Ik ben er zeker van dat het waar is.
Aswin heb ik leren kennen via mijn nieuwe job in de haven. Die had ik voor het zicht misschien beter in de voormiddag tegengekomen... maar bon, het zal wel meevallen. Er waren er ergere dan ik. Daarna kwam Dylan van post Hamme ook nog eens gedag zeggen. Dylan is ook zwaar gebeten door het beestje: vrijwilliger in Hamme, brandweerman op Doel als ik het goed begrepen heb, en ambulancier in het Antwerpse. Zo lopen wij elkaar regelmatig tegen het lijf, hij in de ziekenwagen, ik in de brandweerwagen. Van zo'n mannen zijn er te weinig. Feestje #4: Op naar WachtebekeDe tocht naar Wachtebeke ging traag, maar was geweldig. Sfeer op de bus, regelmatige plasstop om eens te kunnen keuvelen met de andere reizigers, hilarische taferelen als de colonne terug in beweging komt en de plassers het op een lopen zetten... De warmte voelde je zo de bus inkomen van de mensen die ons een uur aan een stuk stonden toe te wuiven langs het traject. Mijn excuses voor de gigantische verkeersknoop die we veroorzaakten. Maar ik denk dat het wel goed zat, ook de mensen die in de wagen zaten te wachten tot we gepasseerd waren wuifden. 55 wagens en een 20-tal bussen, het was zotjes. Grootste held was die kerel die in zijn badjas op straat stond te kijken. Wij waren fan in elk geval. Maar de badjas bleef netjes dicht, ondanks de 75 uitdrukkelijke vragen... Feestje #5 : De aankomstDan de apotheose. Eens iedereen aangekomen, worden de fakkels uitgedeeld en trekken we te voet van de parking naar het domein. Eén lange rij van fonkelende lichtjes. 1452 man sterk. Linde stond ons op te wachten naar verluid. Het eerste dozijn pompiers kwam een kus halen, dan is ze gaan lopen denk ik, want ik heb ze niet meer gezien. Wij mochten binnen langs een achterpoortje, gezien de massa (én de fakkels waarschijnlijk...). Het is wel binnenkomen in stijl moet ik zeggen... De niet aflatende stroom brandweermannen maakte indruk. In eerste instantie probeerden we dicht bij het podium te geraken. Maar dat deed iedereen natuurlijk. De dames naast mij ontplooiden een vlag van vzw Pinocchio, wat redelijk hard opviel gezien dat ons goede doel was. Leuk dat ze er waren om hun appreciatie te tonen! Na een tijdje begon echter Moeder Natuur bij ons beiden te klagen, dus wij op zoek naar het toilet. Het was weer even geleden, maar daar was het nog eens tijd voor een bekende. Al wist ik dat niet... Ik sta aan het toilet terwijl ik op Sabrina wacht, een praatje te maken met een sympathieke collega. Hij ziet ineens mijn naam op mijn jas. "Poppe D., David?" Ik sta daar weer met mijn mond vol tanden... Waarom overkomt mij dit steeds? Blijkt het om Jan van post Kruibeke te gaan, een "facebook-connectie" waar ik, in mijn verdediging, nog niet veel mee op stap geweest ben. Toch wel schrikken :-D. Sorry Jan! Intussen hadden we natuurlijk wel het overhandigen van de cheque gemist. Cheques, zo bleek. Wan er was nog wat overschot: 52000€ voor Pinocchio, 28000€ voor Make a Wish. Machtig gebaar, geweldig bedrag... En een voorspelbaar nummer erachteraan! Sex en fire in de titel, kan niet missen hé. Na dat absoluut hoogtepunt konden we stilaan wennen aan het idee dat het bijna voorbij was. Nog een uurtje en het was definitief voorbij. De roes van de massa, even het gevoel dat we vandaag konden doen wat we wilden, met de steun van heel Vlaanderen... Wat een dag. Nog even wat rondkeuvelen en genieten van de waaier aan brandweerposten die we hier bijeen zien staan. En wat denk je? In de massa verschijnt daar plots Barbara van post Kaprijke. Bij de brandweer in Edegem hebben we redelijk wat boogschutters. Die namen een tweetal jaar geleden deel aan een wedstrijd, het officieuze "Belgisch kampioenschap staande wip" in Aalter. Nu is een staande wip altijd een interessante bezigheid mijns inziens, maar daar het over boogschieten ging waren er slechts drie teams: Edegem, Aalter en Kaprijke. Edegem kwam met de beker naar huis toen, waardoor Aalter en Kaprijke het jaar daarop naar ons kwamen. En zo komt het dat we Barbara tot onze kennissenkring mogen rekenen. Op dat moment spreekt een rare vogel met nep-hanekam mij aan, ietwat beledigd dat ik hem niet onmiddellijk herken: Bart van Aalter staat er ook bij, wijzend naar de nieuwe kampioen boogschieten, waarvan ik met de beste wil van de wereld niet meer op de naam kan komen... Sorry, het was al laat... Uiteindelijk is mijn eigen kliek al naar de bus vertrokken als ik nog sta te keuvelen met Eddy, ook van post Aalter, aangaande de situatie in Meetjesland. Eddy is collega van VVB, en heeft het onderste uit de kan gehaald om te vermijden dat Meetjesland zou fusioneren met zone Centrum. Goed gewerkt Eddy! En blij je nog eens te zien! Op de terugweg naar de bus was de sfeer al wat minder. Iedereen besefte dat het einde nabij was. Niet veel noemenswaardig meer, behalve misschien mijn verontschuldigingen aan de collega's van Nieuwpoort die zowat het hele traject de bedenkelijke parking-humor van onze Borsbeekse hofnar van dienst moesten aanhoren... Het was niet kwaad bedoeld jongens, da's nu éénmaal ook een cliché waar we ons dikwijls aan bezondigen. We wonen (wanen ons?) nu éénmaal in het centrum van de wereld, nietwaar... ;-) Eens in Kontich aangekomen liet ik mijn oorspronkelijk plan om in "De Wipschutter" nog iets te gaan drinken al snel varen... Onze "BOB" heeft ons veilig afgezet, en het bedje riep al heel snel. EpiloogEen lange, vermoeiende, leuke dag. Dit moet een mega-organisatie geweest zijn. Al die posten op de been krijgen, verzekeringen, ontvangst met ontbijt voor die massa, contacten met politie, de fuif zelf, de fakkeltocht... Wat een Hercules-opdracht. Dan spreek ik nog niet over de productie en de verkoop van de kledij en rookmelders, wat uiteindelijk de opbrengst vertegenwoordigd. Dikke-dikke-dikke chapeau voor deze organisatie. Ik denk dat zij zelf niet goed beseffen dat zij dit jaar geen twee, maar drie goede doelen hebben bediend: Pinocchio, Make a Wish, maar ook de broederschap, de saamhorigheid en de overgave aan de brandweer als organisatie heeft een gigantische boost gekregen met dit evenement. We zitten in woelige tijden. De hervorming legt nog steeds een grote druk op ieders schouders, de sfeer is niet altijd wat het moet zijn. Net op dit moment laten posten zien dat zij zich nog steeds belangeloos kunnen inzetten voor een gezamenlijk doel. Net nu laten brandweermannen en masse zien dat zij zich voorbeeldig kunnen gedragen als zij worden "losgelaten". Net op dit moment laten Zoneleiding, postoversten, managementteams of hoe je ze ook wil noemen nu, zien dat zij nog steeds vertrouwen hebben in hun personeel, dat zij voertuigen en interventiekledij willen/kunnen meegeven aan hun mannen en vrouwen en erop vertrouwen dat dit niet wordt misbruikt. Ik denk persoonlijk dat de gevolgen van deze dag veel verder dragen dan de goede doelen. Ik denk dat de return van deze dag minstens even groot is. Nog dit: ondanks de warme reacties langsheen het traject van Lokeren naar Wachtebeke, het applaus op iedere hoek en de sportieve reacties vanuit de files die we veroorzaakten, waren er toch ook enkele negatieve reacties op onze verschijning die dag. Men verwijt ons met ons lawaai en drankgebruik en toeters en bellen te hard te willen opvallen, en erger nog, de kleinere initiatieven in de verdrukking te duwen. Aan die mensen, het volgende: Wij konen niet veel buiten. Niet samen, dat kan nu éénmaal niet. Op deze dag heb ik, en heel veel collega's met mij, genoten. Genoten van het sociaal contact met collega's van over héél Vlaanderen, zoals u hierboven kan lezen. Genoten van het feit dat ik met gelijkgestemden een héle dag mij geen zorgen moest maken over uw veiligheid. Een hele dag niet moet stilstaan bij ingewikkelde ongevallen, stormschades, treinincidenten, ziekenwage-bijstand, branden, dieren in nood, ... Hoe we het hebben aangepakt en hoe we het nog beter kunnen aanpakken... Ik heb gewoon genoten van mijn vrienden, van mijn collega's, en ja, ik moet toegeven, van de aandacht ook wel. Het doet deugd om mensen te zien applaudiseren als je hun stad op stelten komt zetten. Om duimen omhoog te zien gaan als je een file veroorzaakt die een half uur duurt. Sorry daarvoor. Moet dat met zoveel lawaai? Nee. Waarschijnlijk niet. Maar wij kénnen niets anders als we u het hele jaar door uit de shit moeten komen halen... Gun het ons die ene keer, niet eens jaarlijks. En wat de goede doelen betreft, wij verdrukken niemand. Wij doen ons ding op onze eigen manier, maar als je ziet dat wij 81000€ ophalen is dat misschien een fantastisch bedrag. Denk echter niet dat wij uit het oog verliezen dat wij daar staan met 1500, terwijl een klein meisje een bedrag van 1500€ komt afgeven door koekjes te verkopen. Dat een vrouw die net haar kind verloor in een auto-ongeluk 6000€ komt doneren na strikjes te verkopen... Al deze initiatieven zijn zóveel groter dan het onze. Daarvoor buigen wij nederig het hoofd. Ik heb geen opvang voor mijn kindjes. Ons beider ouders zijn niet in de mogelijkheid om hen een volledige dag te entertainen. De babysit voor die hele dag, plus de compenserende uitstapjes die zij mochten doen, hebben ons die dag 200€ gekost. Tweemaal 50€ inschrijving voor dit evenement, en elk een trui van 35€ voor het uiteindelijke goede doel, maakt dat deze dag ons 370€ heeft gekost. Dat bedrag had misschien beter integraal naar een goed doel gegaan, da's waar. Maar dit initiatief zorgt ervoor dat we terug de moed en de drive hebben om nog jaren voor uw veiligheid in te staan. Ik denk dat dat ook als goed doel mag beschouwd worden. Fire For Life, bedankt voor deze onvergetelijke ervaring. Vrienden, het was geweldig jullie allemaal terug te zien. Hou het veilig, en tot een volgende editie! *Alle filmpjes en foto's komen van Facebook en Youtube, sommigen van mezelf. Dank aan de makers, excuses voor het ontbreken van een bronvermelding. Heb je graag jouw naam bij een foto die van jouw hand is? Laat het gerust even weten.
3 Comments
Edegem heeft een speciale band met zijn buren. Met Kontich hebben we jaren een zeer moeizame relatie gehad. De dikkenekken van Edegem en de boeren van Kontich, dat dat ooit is goedgekomen mag een mirakel heten. Maar tijd heelt alle wonden, en er wordt nu alleen nog smakelijk mee gelachen, zoals bijvoorbeeld toen het beroemde café "De Wipschutter" een Edegems filiaal opende... Leve de Kontichse horecaknobbel zeg ik dan. Met Mortsel was het anders. We lachen (uiteraard) met het feit dat het "kleine" Mortsel een aantal jaren terug "stad" werd, maar eigenlijk moeten we toegeven dat we er een behoorlijk deel van ons leven gesleten hebben. De fuiven, de kroegen, de winkels, in mijn geval ook de school. Mijn eerste lief heb ik te danken aan een fuif in zaal't Parkske in Mortsel... Maar on topic, dit is een brandweerblog natuurlijk. En mijn vrouw leest hem ook, dus niet teveel uitwijden over ex-lieven... Deze week waren er op facebook een aantal mensen die met vragen zaten over de brandweer. Het hoe en waarom bepaalde dingen lopen zoals ze lopen is voor veel mensen verwarrend zo blijkt. Misschien niet abnormaal, ze komen in een flits, en zijn zó weer verdwenen. Vandaar zal ik hier een beetje licht op die mysterieuze rode bende proberen te werpen. Op de "geschiedenis"- pagina van deze website kan u lezen dat de situatie vroeger andersom was. Mortsel had zijn eigen vrijwillige brandweer tot een eeuw geleden. Op 31 maart 1914 sloot de gemeente Edegem een overeenkomst af met de Mortselse vrijwillige brandweer voor de bescherming van haar grondgebied. Tijdens de oorlogsjaren drong de Duitse bezetter aan op de aankoop van een pomp om zelf de gemeente te kunnen beschermen, maar Edegem schermde met zijn overeenkomst met Mortsel om dat af te wimpelen. Blijkbaar toch nog iets te zeggen over de eigen tuin tijdens de bezettingsjaren dus. Of dat nu de uiteindelijke trigger geweest is weet ik uiteraard niet, maar in 1922 had het idee van een eigen korps toch een aantal zieltjes voor zich gewonnen. In datzelfde jaar gingen een aantal Edegemnaars in de leer bij de Mortselse spuitgasten, met het oog op het oprichten van een eigen korps. In 1925 was het dan ook prijs, Brandweer Edegem was een feit, met materiaal overgekocht van de brandweer van Borgerhout, en een opleiding achter de kiezen van de brandweer van Mortsel. De eerste geregistreerde keer dat Edegem werd ingeschakeld in Mortsel was in een zeer donkere periode in onze streekgeschiedenis. Op 5 april 1943 werd Mortsel platgebombardeerd, ironisch genoeg door de latere bevrijders. Doel was een fabriek waar vliegtuigonderdelen werden gemaakt voor de bezetter. Resultaat was meer dan 900 doden. Hulpverlening kwam van overal: Antwerpen, de Duitse bezetter, en de vrijwillige brandweer van Edegem. ("Tranen over Mortsel", Pieter Serrien https://pieterserrien.be/boeken/tranenovermortsel/het-bombardement/) Spijtig genoeg kan ik niet vertellen wat er uiteindelijk met het Mortselse korps gebeurd is, noch wanneer het tot zijn einde is gekomen. Feit is dat het er nu niet meer is. Voor zo lang ik weet, heeft de brandweer van Antwerpen lang ingestaan voor de bescherming van Mortsel. Twee posten rukten uit bij onheil: Post Zuid in de Paleisstraat en post Deurne aan de Waterbaan. Die laatste was oorspronkelijk ook de thuisbasis van een vrijwillig brandweerkorps. Met de grote fusie van Antwerpen met een aantal aangrenzende gemeentes, werd het korps van Deurne opgedoekt, de manschappen bedankt voor bewezen diensten, en werden er door Antwerpen beroepspompiers ingezet. Twee van die mensen zijn toen naar Edegem gekomen. Ik heb ze nog jaren bij de brandweer geweten, dus ik schat dat dat jaren 70/80 moet geweest zijn. Misschien dat dat dan ook de periode is geweest dat Mortsel zijn brandweer afgeschaft heeft? Ik betwijfel of de vrijwilligers van Deurne al naar Mortsel kwamen. Edegem ook niet in die periode, maar ik vind er nergens iets over terug. In ieder geval, Antwerpen kwam blussen in Mortsel. Deurne en Zuid, da's ver, dat klopt. Je hoort daar de wildste geruchten over. Sommigen zijn misschien waar, ik weet het niet. Maar neem de meesten toch maar met een korrel zout... Het is zo dat een beroepskorps, de naam zegt het zelf, een beroepsbezetting in de kazerne heeft, die onmiddelijk kan uitrukken. Dat maakt dat zo een korps zowiezo sneller uitrukt dan een vrijwillig korps. Al hebben wij onze glorietijd ook wel gehad op dat vlak: vroeger was het in de straten rond de kazerne vergeven van de pompiers. Bij alarm sloegen alle deuren tegelijk open en liep de kazerne onmiddelijk vol. Die tijd is wel wat gepasseerd moet ik bekennen... Er wonen al een pak minder actieve pompiers rond de kazerne. Maar we halen de 3,6 minuten nog volgens de laatste meting, dus dat zit nog wel goed. Anyway, we wijken af. Antwerpen dus naar Mortsel. Dat loopt jaren zo, terwijl er stilaan toch meer stemmen beginnen opkomen om ook eens aan de andere gemeentegrens te gaan kijken. De kazerne van Edegem ligt in vogelvlucht een paar honderd meter van de grens met Mortsel. Een paar lokale incidenten daar (nogmaals, legendes, ik heb geen weet van feiten) doen de roep naar een overeenkomst met Edegem luider klinken. Op zich niet onlogisch misschien gezien de afstand, maar de gemeentegrenzen bepaalden toen éénmaal het inzetgebied. Daar kon niemand toen wat aan doen, dat was de wet. Zo kreeg je wel situaties dat als je wagen in brand stond in de Molenlei aan de zijde van het Atheneum, de collega's van Deurne of Zuid kwamen. Stond die aan de kant van "Den Belgica", dan kwam Edegem. 6,3 en 7,6 kilometer, tegenover 1,2 kilometer. Een absurde situatie, die wij zelf echter aan de andere kant van ons grondgebied ook kenden: In Boechout zijn er delen waar brandweer Ranst en Borsbeek achter de hoek liggen, maar waar brandweer Edegem bevoegd voor was als gewestelijk korps. Die mensen daar voerden dezelfde discussie: waarom komt in Godsnaam Edegem naar hier in plaats van Ranst of Borsbeek? Probeer dat maar eens uit te leggen. In die streken had je veel meer ontwikkelde branden dan in de straten rond de kazernes, dat is logisch. Maar die logica houdt op als er een andere kazerne om je hoek ligt die niet mag komen... Natuurlijk was er ook geld mee gemoeid: beschermde gemeentes moesten uiteraard hun steentje bijdragen aan de rekening van de brandweer: huisvesting, materiaal, manschappen, dat betaalt zichzelf niet. Waarschijnlijk ook een reden dat Mortsel met zijn brandweer is gestopt: ik vermoed dat een gemeentelijk korps onderhouden een pak duurder is dan een ander betalen voor bescherming. Maar uiteindelijk heeft de logica het gehaald, in 2006 wordt er een overeenkomst gesloten tussen (intussen stad) Mortsel, brandweer Antwerpen en brandweer Edegem. Onder een bepaalde grens (de lijn ligt, nu nog, ongeveer op de vredebaan) rukt vanaf 1 januari 2007 Edegem mee uit bij onheil in Mortsel, Antwerpen komt eveneens ter plaatse. (http://www.gva.be/cnt/aid522406/edegemse-spuitgasten-mogen-blussen-in-mortsel) Dit project is op dat moment redelijk uniek in België. Het zal een voorloper blijken van de "Snelste Adequate Hulp", een landelijk principe dat zorgt dat de dichtstbijzijnde kazerne wordt gealarmeerd bij onheil. Waarom alletwee? De brandweer is een organisatie die steunt op vertrouwen. Vertrouwen in het materiaal, vertrouwen in de organisatie, maar vooral vertrouwen in de mensen. In deze drie pijlers leggen wij ons en uw leven. Letterlijk. Dan hoeft het ook niet te verwonderen dat men niet gewoon blind voortgaat op wat een "vreemd" korps beweert aan te kunnen. Edegem mag komen, en Antwerpen beslist of zij overnemen, of ze Edegem gaan laten doen. De eerste interventies waren, eerlijk, verschrikkelijk. Wat komt dat amateurkorpske hier eigenlijk voor onze voeten lopen...? De onderlinge frustraties kwamen zeer regelmatig tot uiting. Onze officier had geen fluit te zeggen over mannen van Antwerpen, terwijl onze rangen wel degelijk gewoon dezelfde zijn, en in zulk geval de hoogste het bevel heeft. Maar achteraf bekeken, is dat zo abnormaal? Toen in die tijd, de bevelen van een vreemde opvolgen? Pijler drie, vertrouwen in de manschappen, weet u nog? Onze procedures waren ook voor geen meter op elkaar afgestemd. Wij rukken uit met onze pompwagen, daarachter onze ladderwagen, dan materiaalwagen. Antwerpen had zijn pompwagen, snelle hulpwagen, dan ladder. Resultaat was dikwijls dat onze pompwagen voorbij de woning reed (om plaats te laten voor onze ladderwagen, mensen kijken daar nog steeds raar van op), daarachter kwamen pomp en snelle van Antwerpen staan, waardoor onze ladder niet aan de betreffende woning kon, laat staan die van hun die daar nog eens achter kwam... Chaos alom. "Collega, verzet uw wagen eens voor onze ladder?" "Als mijn adjudant wil dat die verzet wordt zal die mij dat wel komen zeggen..." Aaargh... Andersom, de snelheid van uitvoeren door gedrilde procedures en beter materiaal dan wij hadden, was ook schrijnend soms. Bij een zware brand op een appartement in de "Oude God" lagen onze mannen in dekking in de traphal, terwijl een ploeg van Antwerpen over hen heen stapte om het appartement binnen te gaan, nog eens achterom kijkend van "wat ligt ge daar nu te doen?" De kledij waar we toen mee werkten beschermde ons toen niet voldoende om aan deftige binnenbrandbestrijding te doen. Een beschermende muts moesten we zelf kopen, een helmmuts hadden we niet, enkel een nekflapje... Straalpijpen om rookgassen te koelen moesten wij nog voor de eerste keer zien. Dat heeft gelukkig niet lang geduurd. Men begon na een tijdje wel te zien dat er wel iets inzat, in dat Edegemse korps. De samenwerking begon meer en meer te vlotten. We waren snel, verdomd snel waardoor Antwerpen altijd tweede was. Maar wat hen verbaasde was dat wij geen vijandige overname pleegden, maar een deftige informatieoverdracht gaven bij aankomst, respect toonden voor de bevelstructuur, en de situatie dikwijls onder controle hadden bij hun aankomst. Intussen werd er ook geïnvesteerd in opleiding en materiaal, zodat ook wij voldoende beschermd waren, en verder konden gaan dan we vroeger gingen. Ik heb persoonlijk ook veel geleerd van die gezamelijke interventies. De mannen van't Stad begonnen hun tijd te nemen om ons ook dingen uit te leggen waarom zij sommige dingen deden, en waarom sommige procedures hadden. Anderzijds zagen zij ook dat wij geen holbewoners waren, en best wel efficient werkten op onze manier. Stukje bij beetje groeiden de drie pijlers, waardoor we nu in een situatie zitten waar de samenwerking alleen maar verder evolueert, en zelfs investeringen op elkaar afgestemd worden om de efficientie van de hulpverlening te verbeteren. Om een concreet antwoord op een specifieke vraag te formuleren: Als Edegem wordt opgeroepen naar de Liersesteenweg of Provinciesteenweg wordt de route gekozen die er op dat moment het vlotste uitziet. Door Hove en Boechout tijdens de spits is een heel stroeve route door het verkeer, en staan we heel dikwijls voor de gesloten spooroverweg. Zeer recent waren de overwegen daar ook een tijdje afgesloten door werken. Dan wordt Mortsel gekozen vanwege de vrije trambedding die wij mogen gebruiken. Weet dat als wij naar daar moeten, ook brandweer Borsbeek is gealarmeerd, omdat die daar dichterbij zitten. Vanaf de Vredebaan zal altijd Antwerpen mee uitrukken, omdat de afstand dan voor Edegem groter wordt, en voor Antwerpen kleiner. In Vremde worden wij voorgegaan door onze collega's van Wommelgem aan de ene kant, en Ranst aan de andere kant. Onze collega's van Post Lint nemen mee een stukje Boechout waar voor ons, en een stukje Lier aan de bovengrens van hun grond. Wijzelf rijden op de E19 door de Craeybeckxtunnel, tot zelfs op de ring voor de collega's van Antwerpen. We verwachten met de post Wilrijk in opbouw, dat we in de nabije toekomst nog meer met elkaar gaan te maken krijgen, allemaal om sneller bij de burger te kunnen zijn in geval van nood. Ja, er zijn al eens slechte dagen. Dat zou niet mogen misschien, maar zulke dingen gebeuren nu eenmaal: vastrijden in het verkeer, toch die route nemen waar je niet door blijkt te kunnen, een straatnaam die verward wordt met een andere... Weet dat de backup die we meehebben bij elk noodgeval zorgt dat de hulpverlening nooit in het gedrang komt. Uit alle windrichtingen komt er tegenwoordig wel iets aangesneld om te zorgen dat zelfs pech of een foute interpretatie wordt opgevangen door een ander. Er zullen langs beide kanten wel mensen zijn die liever het negatieve belichten. Ik weet nog dat we vroeger schrik hadden om opgeslorpt te worden door Antwerpen. Maar ik denk dat we er ons intussen onderdeel van voelen. Mortsel kan er maar wel bij varen. Foto BFM, uit Het Laatste Nieuws
|
David PoppeVrijwillig brandweerman sinds 1999. Met vrouw en kindjes als conciërge in de kazerne sinds 2007, sergeant in 2008. Archieven
Mei 2020
|